Spierscheuring
U heeft een spierscheur. Door de fysiotherapeut wordt een spierletsel (beschadiging) vastgesteld. Waarschijnlijk is het een klein scheurtje. U krijgt uitleg van de therapeut en een prognose voor herstel. Hierbij krijgt u een behandelstrategie te horen met daarbij allerlei adviezen en oefeningen die het herstel moeten bevorderen. U vraagt zich misschien af waarom u die adviezen nu krijgt. Eerst moet u rustig aan doen, terwijl u later weer meer moet gaan bewegen terwijl het allemaal nog stijf aanvoelt?! Aan de hand van het genezingsproces van (spier)weefsel wil ik u uitleggen waarom u deze adviezen en/of oefeningen krijgt.
Het herstelproces
Het herstelproces doorloopt vier fasen nadat het weefsel is beschadigd:
- De ontstekingsfase
- De proliferatiefase
- Consolidatiefase
- De remodelleringsfase
Alle soorten bindweefsels doorlopen dezelfde fasen. Deze vier fasen gelden dus voor zowel spierweefsel, peesweefsel als huidweefsel. Per peesweefsel kan het echter variëren hoe snel deze fasen worden doorlopen. Dit heeft onder andere te maken met de doorbloeding van het weefsel. Er dient rekening geworden te houden met deze fasen, zodat er bij een goed afgestelde toediening van prikkels (rust, activiteit) het herstelproces geoptimaliseerd kan worden.
Het doel van de fysiotherapeut is het optimaliseren van het genezingsproces, daarbij gebruikt de therapeut de verschillende kenmerken die bij de verschillende fasen van weefselherstel horen. Het gehele traject wordt doorlopen, van het trauma tot het spierweefsel volledig genezen is.